Bakboord versus stuurboordsboeg BPR

Dehlerfans, even jullie visie graag.

Ik voel me met heel wat papiertjes op zak een beetje een sukkel om het voor te leggen want als ik er niet mee geconfronteerd zou zijn zou ik het antwoord zo denken te weten. Maar ik kom er niet uit.

In het BVA (colregs) heb je een artikel 12 welke gaat over zeilschepen (uitwijken). Artikel 12(a) bestaat uit 4 leden welke ik even vrij vertaal:

0 Algemeen deel wat zegt dat een van beiden een uitwijkplicht heeft

i De boot die de wind over BB binnen krijgt is uitwijkplichtig in relatie tot de boot die de wind over SB binnen krijgt;

ii Indien beide schepen de wind over dezelfde boeg binnen krijgen wijkt loef voor lij;

iii Indien er bij het lijwaartse schip niet goed vast gesteld kan worden of bij het loefwaartse schip de wind aan BB of SB binnen komt dient het lijwaartse schip zich als uitwijkplichtig te beschouwen.

Wat is hier nu zo bijzonder aan zou je zeggen. Ten eerste omdat in de praktijk iedereen altijd spreekt van BB gaat voor SB en dan de stand van de giek als uitgangspunt neemt. De Engelstalige zeilers hebben het in tegenstelling tot ons Neanderthalers dan ook juist als ze Starboard roepen als ze de giek aan de wind over BB zeilen. De giek is dus op basis van deze 3 leden van artikel 12 niets zeggend maar de invalshoek van de wind.

Dat kan hypothetisch leuke situaties geven als er een boot binnen de wind vaart. Vrij vertaald ruimer sturen dan voor de wind maar de giek aan de “verkeerde” zijde laten staan. Als dit het gehele artikel 12 zou zijn moet je concluderen dat een zeiler die ruimer dan voor de wind zijn giek aan BB heeft maar wel binnen de wind vaart (en dus de wind in dit voorbeeld overduidelijk ook over BB binnen krijgt) uitwijkplichtig wordt over een aan de wind zeilend schip met de giek ook aan BB.

Gelukkig gaat artikel 12 verder met een lid 12(b) en die zegt dat in het geval van niet dwars getuigde schepen de stand van het “mainsail” als uitgangspunt moet dienen.

Gelukkig, de eerder geschetste situatie gaat zich dus niet voordoen want als de giek aan BB staat ben je dus ook al vaar je binnen de wind nog steeds geen uitwijkplicht.

Maar wat nu als je geen “mainsail” hebt staan maar 2 identieke genua’s op een boom (passaatzeilen), of een spinaker zonder boom (hoe onvoorstelbaar ook). En wat als je in die situatie wel als lijwaartse boot kan waarnemen dat de wind specifiek over de BB zijde binnenkomt bij het loefwaartse schip?

Wie heeft er dan uitwijkplicht?

We gaan nog verder. In het BPR is artikel 12(a) bijna intergraal overgenomen. De toevoeging van (b) staat er echter niet in. (Stand van Mainsail als uitgangspunt nemen).

Ik mis in het BPR de uitleg van het begrip bakboordsboeg en stuurboordsboeg, wie zegt mij waar ik de definitie hiervan kan vinden? Wanneer vaar ik volgens het BPR over mijn SB boeg, is dat als ik het grootzeil aan SB heb of als de wind over SB binnenkomt?

En als we dat dan al weten, hoe anders zijn dan de voorrangsregels bij het gemis van een gelijkend artikel 12(b) in het BPR zoals die in de colregs staat? (zie voorbeeld van binnen de wind varen met de giek aan BB en dan toch uitwijkplichtig zijn.

Wie o wie

Gr Michel

Bewerkt door: beauty, 25 jul 2010 – 21:48